Kruiden Lotusgeboorte
Bij een lotusgeboorte knip je de navelstreng niet door, maar verzorg je de placenta totdat deze zelf loslaat. Bij een lotusgeboorte laat de navelstreng vaak eerder los dan wanneer deze is losgeknipt. Doorgaans na zo’n 3 tot 5 dagen, maar het kan ook langer duren. Soms kan dit bijvoorbeeld te maken hebben met een heftige bevalling of zwakkere baby. 
 
Lotusbaby’s verliezen doorgaans minder tot geen gewicht na de geboorte en in de praktijk blijkt dat veel lotusbaby’s rustiger en kalmer zijn en minder huilen.
 
Een aantal uur na de bevalling (dit kan 3 uur zijn, maar ook 12 uur, net wat prettig is!) was je de nog verbonden placenta voorzichtig onder stromend water. Hierna wrijf je de placenta aan beide zijden rijkelijk in met mineraalrijk zout, zoals Keltisch zeezout. Je kunt de placenta bestrooien met deze heerlijk ruikende kruiden. Je wikkelt de placenta in doeken en legt hem in een schaal of mand.
 
Elke 12 tot 24 uur wrijf je de placenta opnieuw in met zout en kruiden en ververs je de doeken. Het zout neemt telkens het vocht uit de placenta op, waardoor de placenta indroogt. Je kunt het (natte) zout dat je van de placenta afhaalt laten drogen op een bord en hergebruiken voor het drogen van de placenta. Je hebt zo maar twee of drie ‘ladingen’ zout nodig en kunt soms nog wat extra erbij strooien. Het zout conserveert ook en zorgt er voor dat de placenta niet bederft of gaat rotten. Verzorg de placenta telkens zodra je vindt dat je haar gaat ruiken.
Je kunt doorgaan met drogen, zout wisselen, kruiden strooien, totdat de placenta echt helemaal ingedroogd is. Je verwisselt het zout dan eerst elke 12 uur, daarna elke 24 uur, elke 48 uur, etc. totdat de placenta echt helemaal droog is na een paar maanden. De placenta is dan zo ongeveer eeuwig bewaarbaar zonder dat er nog iets mee gebeurd. Je kunt er ook voor kiezen om de placenta niet verder te drogen nadat hij los is,